woensdag 4 februari 2009

Mijn spannende leven pt. 2 - De Spiegel

De spiegel is niet meer.
Na slechts een kleine week de muur van mijn trapportaal te hebben opgevrolijkt kwam het gevaarte (ca 2x1,5 meter) midden in de nacht met veel gevoel voor theater en dramatiek naar beneden zetten. Stortte uit eigen overtuiging het trapgat in. Op naar de duizend kleine stukjes. Op naar een lege lijst.

We schrijven woensdagochtend, zo rond 01.00. Omdat ik net twee weken vakantie heb gehad en na de eerste dag terug op het werk de slaap nog niet direct kan vatten, lig ik op de bank te loeren naar de BBC, die het WK uitzendt voor mensen met grote buikomvang en een onnatuurlijk talent om kleine pijltjes in een nog kleiner vakje te gooien. Darts is in mijn optiek hét bewijs dat je niets hoeft te kunnen om toch succesvol te worden en om een zaal mensen jouw naam te laten scanderen. Je hoeft alleen een paar jaar een kansloos kluizenaarsbestaan te lijden en dag in dag uit ‘trainen’ op je sippe zolderkamertje.

Op zo’n zelfde sippe zolderkamertje (zonder dartboard, eerlijk waar) lag ik mijzelf dus de tering te vervelen en zodoende werd een fles Chardonnay mijn voornaamste gesprekspartner. Op het hoogtepunt van ons diepte interview (<- hahaha) besloot de spiegel in de hal de buurt eens even lekker wakker te houden.
Met een kabaal dat zeker een halve minuut aanhield donderde het ding naar beneden.
Nu weet ik niet of er mensen zijn die vroeger net als ik benieuwd waren wat er zou gebeuren als je de servieskast van oma zou kantelen, maar dit was het exacte geluid.
Alsof plank voor plank een enorme stapel borden los van elkaar de grond raakt op de marmeren keukenvloer. Alsof de glazen piramide die voor het Louvre staat in elkaar sodemieterde en dat dan uitversterkt.

Dit hele gebeuren trok op zijn minst mijn aandacht. Avontuurlijk ingesteld als ik ben schoot ik in mijn PandaPantoffels, goot het laatste beetje Chardonnay vanuit de fles linea recta in ondergetekende en sprintte de gang op. Op mijn vrolijke 3e verdieping heerste een serene rust en leek er niets stuk. Nu schoot ook mijn overbuurman, laten we hem LangeOverBuurman (LOB) noemen, zijn kamer uit.

Moi: “Hey! Ben je ook wakker?”
LOB: “Ja man, dat lawaai.”
Moi: “Och, dat lawaai ja. Mooie boxer.”

Ik liep een verdieping omlaag terwijl LangeOverBuurman een broek aantrok. De overloop zelf was schadevrij, echter de trap omlaag lag bezaaid met glas, splinters, glassplinters en een grote massieve (nu lege) spiegellijst. Mijn reactie was er één die je zou verwachten van een zelfvoldane stoner nadat hij op Animal Planet de paringsdans van de Waterjuffer heeft aanschouwd.

Moi: “Wow… Ik bedoel, wow! What the fuck man!? Tering, wow. Wooooooow. Poep in mijn oksels en noem me Lucy. Neuk een eend wat is hier gebeurd? Wow!
Mooie boxer.“

Inmiddels was namelijk ook de BenedenBuurmanVanOngeveerMijnLengte (BBVOML) zijn kamer uitgelopen. Toen hij de schade voor zijn slaapkamerdeur zag besloot hij ook dat het verstandig zou zijn eerst een broek aan te trekken.

Nadat ook de MiddenVerdiepingBuurvrouwBijWieIkOoitWaterschadeHebVeroorzaakt (MVBBWIOWHV) uit haar bedje gekomen was (Moi: “Mooie broek. Kut...”) en ik inmiddels weer volledige zinnen kon uitkramen, in plaats van het toch redelijk toepasselijke “Wow”, begonnen we de hele trap tree voor tree te ontdoen van het stoffelijke overschot van de spiegel.

Nu weet ik niet of jullie ooit met een fles wijn in den mik hebben geprobeerd een met glas bezaaide trap schoon te maken, het is in elk geval een garantie voor hilariteit (Hilarity ensues, voor de kenner).

Moi: “Huh? Waarom dragen jullie allemaal schoenen?”
BBVOML: “Omdat er overal glas ligt, anders ga je er nog in…”
Moi: “AAAAAAAAH! FUCKING HELL! IK BEN NET IN GLAS GAAN STAAN!”
BBVOML: “…staan.”

even later:
Moi: “Zou je dit nog kunnen maken?”
BBVOML: “… … …”
MVBBWIOWHV: “… … …”
LOB: “… … …”

MVBBWIOWHV: “Hoe denken jullie dat dit is gebeurd?”
LOB: “Ik weet het niet, ik denk dat het touwtje is gebroken, of misschien is de plug losgeraakt, of misschien…”
Moi: “Ik denk dat het iets met zwaartekracht heeft te maken.”
LOB: “… … …”

Nadat we de hele trap hadden leeggeruimd en de trap en hal nog nooit zo schoon waren omdat we ook als een malle hadden lopen stofzuigen (ik tilde zelfs de grote stapel folders aan de kant! Nog nooit gedaan.) besloten we dat 01.45 op een woensdagochtend een prima tijd was om het bedje cq volgende fles Chardonnay op te zoeken.

En zo proostte ik rond tweeën op het prachtige bestaan van een zeer gewaardeerd meubelstuk welke een week lang in onze hal had gehangen. Ik nam de tijd om de lange lijst glorieuze momenten aan te halen, sprak een aantal keren met tranen in mijn ogen “opdat wij niet zullen vergeten” en bleef bij elk nieuw glas dat ik inschonk proosten op de spiegel, die goede ouwe spiegel. Ergens heb ik altijd een stukje van mezelf in dat ding gezien.

Elk kutexcuus om de hele nacht te drinken is er één.

Voetnoot: Zo rond 04.45 klopte MVBBWIOWHV bij mij aan.
MVBBWIOWHV: “Zou je ALS-JE-BLIEFT willen ophouden met je liedjes over de spiegel? Ik hoor dat kreng liever nog een keer naar beneden donderen dan jouw gelal nog een seconde aan te moeten horen.
Moi: “Ja hoor, geen probleem buuf. Mooie boxer.”

Geen opmerkingen:

Een reactie posten