Er was eens een zondag.
Al vanaf het startschot in de vorm van een wekker die niet te te traceren was, luidde de rode draad: bier. Scandinavische ijsmeren vol bier.
Onder de douche trok ik een bescheiden Duveltje open en de tandpasta spoelde ik weg met een Grand cruutje.
Op de fiets naar het station had ik tijd om een sixpackje (ongekoelde, verdomme) Heineken uit haar lijden te verlossen en tijdens het touchscrenen van een kaartje kopte ik een Schülten Brautje binnen.
Hè-hè. ik voelde me weer een mens.
In de trein voelde ik me, mede door de knusheid van een stampvolle coupé vol prachtige karakters en hun bijpassende verhaal (door de telefoon, toevallig ook allemaal een defecte telefoon, dus moeten ze alles veel harder uitspreken, in heel slecht Nederlands), zelfverzekerd genoeg om nog even 40 minuten slaap te pakken. Het zou immers mijn dag worden.
Ik werd wakker omdat ik de omroeper iets over "... bij het verlaten van de trein uw persoonlijke spullen en kliko vol bier mee te nemen. Amsterdam Centraal Station."
hoorde zeggen. Dat leek mij een goed plan en ik beëindigde mijn droom.
Bij het openen van de ogen viel mij direct al op dat er iets niet goed zat. De volledige stampvolle coupé keek mij boos aan. Niet begrijpend wat er aan de hand was besloot ik iedereen een drankje aan te bieden, om meer specifiek te zijn: bier.
Maar opvallend genoeg kreeg ik vrij veel de opmerking "Nee dank je, het is pas tien uur 's ochtends" teruggeslingerd.
Bij het uitstappen leerde ik van het omaatje, dat vriendelijk genoeg was om te helpen de loodzware kliko uit te laden, dat die boze blikken wellicht iets te maken konden hebben met mijn gedrag.
Mijn gedrag tijdens het dutje.
Naar ik heb gehoord ging het ongeveer zo:
Moi, in staat van rust: "Hmm, dat voelt goed. Hmmm, right there baby. Wat ben je toch een stoute meid, zus of dochter van elk willekeurig persoon in deze coupé vol losers.
Ongelooflijke losers. Ik ga je zo hardhandig fisten. En het filmen. En het dan laten zien op je bruiloft. Of je moeders begrafenis. Want die gaat binnenkort dood.
Daar heb ik ook een video van liggen. In de bak met 'zelfs voor mij gaat dit te ver'."
Moi, 15 minuten onderweg, in staat van herhaaldelijk rondvliegend gas: "Aaaah. Dat krijg je met witte bonen in tomatensaus. Heb ik expres gedaan. Voor jullie.
Want ik heb het niet zo op jullie. Ik vind het dan ook helemaal terecht dat je de hele rit moet staan. Je bent niet voor niets arm. Dat is omdat je dom bent.
En wie niet kan leren moet maar voelen. Ik zit en ik zit lekker van me af te ruften. Plebs."
Ik kon me er niets van herinneren zei ik toen het omaatje dat ding eindelijk op het perron had weten te krijgen. Bood haar een drankje aan, waarvoor ze in het wegstrompelen voor dankte en liep onze trotse hoofdstad in.
Voor zover ik mij kon herinneren had ik daar afgesproken om iets belangrijks te bespreken en alhoewel het me grotendeels was ontgaan wat het daadwerkelijke onderwerp was, was ik er toch behoorlijk van overtuigd dat het centrale onderwerp 'bier' zou zijn. Daar was ik wél goed op voorbereid.
Nu nog achterhalen wie de mensen zijn die mij op zondag naar Amsterdam hadden gesommeerd.
Eenmaal aangekomen in het café, ik moest de kliko helaas buiten laten staan - gelukkig wilde de junk op straat werken voor zijn shot en dus stond de kliko de komende uren veilig -, besloot mijn gezelschap dat er drank moest komen. Puik idee, in een café. Tot mijn schrik, verbijstering en over de gehele linie, afkeuring kwam de held terug met een rondje thee.
Met van die biologische smaken.
TheeHeld: "En eeeeeeeeeechte suiker. Er is niets mooiers dan de puurheid van een onbewerkte grondstof. En die dan tot je te nemen."
Ik boog voorover en maakte in mijn kladblok een kleine aantekening achter zijn naam: 'Lul. Binnenkort eens vragen of hij mijn onbewerkte grondstof óók tot zich wil nemen. Haha.'
De thee-verwerking besloot ik als volgt aan te pakken. Ik zou vijf minuten lang veel ouwehoeren over een saai onderwerp, maar het heel gaaf brengen.
Ze zouden zonder twijfel aan mijn lippen hangen. Net op het moment dat ik mezelf door de constante woordzondvloed vast zou praten, zou ik een moment stoppen met praten, de afgekoelde thee in een soepele teug naar binnen gieten en zeggen: "Ahhh. Bier iemand?"
Ik zou de held van het gezelschap zijn en jaren na mijn dood zouden kleine dwergen de heldhaftigheid van mijn legendarische vraag bezingen en herdenken in prachtige liederen, die zouden worden bekroond met een Edison Award.
Een grote dag voor de acceptatie van de dwerg in de popindustrie.
Welnu, de uitvoering van het plan:
Moi: "Abortus bij zwangerschappen na een verkrachting. Immoreel?"
Elk gezicht aan tafel trekt wit weg. Ze luisteren.
Moi: " ***mijn advocaat heeft mij met klem aangeraden dit deel te schrappen. Hij vatte de inhoud samen als 'smakeloos, rijp voor een rechtszaak en - ironisch genoeg - immoreel *** "
Tik tak. Vijf minuten. Ik stop en merk op dat ik niet de enige ben die zijn thee nog niet heeft aangeraakt.
De blikken die mij aanstaren stralen iets wat lijkt op onbegrip/ waanzin uit. Interesseert me niets, ik weet nog steeds niet wie het zijn.
Ik pak mijn kop thee op, zet het aan mijn lippen en kieper de hele inhoud in een keer naar binnen.
Sleeeeeeeeeecht idee. Deze thee had zich kennelijk opgewarmd door zich honderd jaar tegen de zon aan te schuren in een soort rubberen-bal-in-de-mond-schandknaapjes-rollenspel, zich vervolgens met lichtsnelheid naar de aarde te begeven en in mijn kopje te belanden. Die werd nooit meer koud.
Terwijl ik krijsend als een baby kenbaar maakte dat 'dat thee spul tering heet is' en 'er waarschuwingen in dikke zwarte letters in een zwart kader pontificaal op de verpakking zouden moeten komen', bereikte ik stuiterend de bar en bestelde op gepaste toon een biertje.
Mijn gezelschap kreeg weer wat kleur en ik hoorde de TheeHeld iets zeggen over 'Insta-Karma' en 'terecht, na zo'n verhaal'. Ik vond het allemaal best en nu ik in het vertrouwde gezelschap van broeder pils was beland besloot ik het heft in hand te nemen.
Moi: "Down to business! Waarom zitten we hier?"
DieAndereLul: "Euhm... omdat jij ons belde dat je iets heel erg belangrijks wilde bespreken. We moesten hier per sé zijn... Ik heb mijn moeders verjaardag af moeten zeggen..."
Moi: "Dat had ik nooit gedaan voor jou, maar dat terzijde. Ik moet inderdaad iets belangrijks kwijt. Het is niet zozeer een mededeling, het is een idee.
Een ander gedachtegoed. Het is een vraagstuk die het belangrijkste antwoord ooit kan verschaffen. Komt 'ie:
Uitlachen van verstandelijk gehandicapten bij de Paralympics. Immoreel?"
Even was de hele kroeg stil. Toen keek iedereen mijn kant uit. Een beetje boos ook.
De TheeHeld sprong op en begon te tieren: "Wat is er in Hemelsnaam met jou aan de hand? Ben je helemaal gek geworden? Hoe haal je het in je hoofd? Je bent niet helemaal goed daarboven, of wel?
Is dit waarom we hier vandaag per sé moesten zijn? Ik had verdomme kaartjes voor het voetballen!"
Ik vertelde hem dat het niet netjes was om zoveel vragen achter elkaar te stellen, dat ik voor hem nooit het voetballen zou afzeggen en hij de vraag beter zou snappen als hij ook een lekker biertje nam.
TheeHeld: "Het is verdomme nog maar twaalf uur! Ik heb net mijn ontbijt op!"
Moi: "Ontbijt is voor theedrinkers. Lul."
Ik stond op, scheldend, 'Teabagde' het kopje thee van de TheeHeld en vertelde vlug nog even de mop over kindsoldaten vrolijk dartelend door een mijnenveld. Vervolgens liep ik zonder te betalen de deur uit, gaf de junk een biertje, die hij mij scheldend nawierp, maar gelukkig miste, terwijl ik fluitend verder de stad in trok.
Met mijn kliko.
End of pint one. (sorry, kon het niet laten)